Even checken: heb je wel eens iets met kastanjes gemaakt? Of überhaupt ooit gegeten? Grote kans dat je antwoord ‘nee’ is. Terwijl op zo’n beetje iedere hoek van de straat een kastanjeboom staat! Oké, toegegeven: dat zijn dan ook geen eetbare kastanjes, maar toch! Hoogste tijd dat de kastanje wat meer aandacht krijgt. De smaak is namelijk heerlijk: heel vol, romig en nootachtig. Maak er bijvoorbeeld eens dit verrukkelijke recept mee: kastanjebonbons! Ik pofte de kastanjes in de oven en pureerde de zachte noot met zoete kokossuiker en vanille. Dit mengsel rolde ik tot bolletjes die ik vervolgens doopte in warme pure chocolade. Even laten opstijven en je hebt mega originele bonbonnetjes met een hele bijzondere smaak. Knapperig van buiten, zoet van binnen.
Tamme kastanjes eten
First things first: je kunt niet alle kastanjes zomaar eten. Aan die immense kastanjebomen in het park groeien (helaas, helaas) wilde paardenkastanjes. Die zijn een beetje puntig, bitter en bovendien giftig. Lekker laten liggen, dus. De kastanjes die je wél kunt eten, zijn de tamme kastanjes. Die zijn zacht en nootachtig. Tamme kastanjes groeien ook in Nederland, maar lang niet overal. Speel je liever op safe, haal je tamme kastanjes dan gewoon in een winkel. Ik haal ze bijvoorbeeld bij een Turkse winkel. Sommige speciaalzaken of marktkramen hebben ze ook af en toe. Ook in supermarkten spot je in de herfst zo nu en dan een bakje kastanjes. Oh, en in Zuid-Europa worden gepofte tamme kastanjes vaak op straat verkocht als snack. Daar heb je ze misschien al eens geproefd (of geroken).
Dit mooie product bereid ik zelf eigenlijk altijd heel simpel. Ik kerf ze in, pof ze in de oven en zet de hele schaal vervolgens op tafel. Daar mag iedereen ze zelf pellen en dippen in lekkere olijfolie een beetje grof zeezout. Super easy maar tegelijkertijd héél culinair. Is weer eens wat anders dan een schaaltje pelpinda’s. Wil je kastanjes een keer verwerken in een lekker (maar simpel) recept, dan raad ik je deze kastanjebonbons van harte aan!
Meer bonbons en balletjes:
- Gezonde chocolade cheesecakebonbons
- Honing-geitenkaasbonbons (op drie manieren, lekker hartig!)
- Chocolade-kokos bites
- Sinaasappel-dadelballetjes
Kastanjebonbons met pure chocolade
Ingrediënten
- 250 gr tamme kastanjes - of 150 gr gekookte kastanjes
- 55 gr kokosvet
- 70 ml havermelk
- 20 gr kokossuiker
- 1 tl vanille-extract
- 200 gr pure chocolade - minimaal 75%
- Snufje zeezout
Instructies
- Verwarm de oven voor op 180 graden. Snijd met een scherp kartelmesje een kruisje in de bovenkant van de kastanjes. Verdeel de kastanjes over een bakplaat en rooster ze 30 minuten in de oven. Laat afkoelen en haal de kastanjes uit hun jasje.
- Bovenstaande stap kun je overslaan als je kant-en-klaar gekookte kastanjes gebruikt. Wat je eigenlijk niet moet doen, want vers gepofte kastanjes uit de oven zijn gewoon véél lekkerder ;)
- Doe alle ingrediënten, behalve de chocolade, in de keukenmachine en blend tot een gladde massa. Schep een flinke theelepel van het mengsel in je handpalm en rol er een balletje van. Het kokosvet kan door de warmte van je handen wat smelten, maar dit komt straks in de vriezer helemaal goed. Leg de balletjes op een bord en laat minimaal 30 minuten uitharden in de vriezer.
- Verwarm de chocolade au bain-marie. Haal de kastanjeballetjes uit de vriezer, steek er een satéprikker in en wentel ze door de gesmolten chocolade. Laat 5 minuten uitharden in de vriezer.
- Haal de bonbons vervolgens nog eens door de chocolade. Bestrooi met een paar zeezoutvlokjes en laat nog eens 5 minuten uitharden in de vriezer. Dit kun je eventueel ook in de koelkast doen, maar in de vriezer gaat dit net even wat sneller.
- Zet een lekkere cappuccino voor jezelf en geniet! Je kunt de bonbons tot twee weken in de koelkast bewaren.
0 reacties